Triebzug NS 20* van das Stichting Het Nederlands Spoorwegmuseum (SpM)

bijnaam: "Kameel"
* = Het motorrijtuig is dienstvaardig.

De NS 20 werd in 1954 afgeleverd ten behoeve van inspectieritten van de directie van NS. President-directeur was toen Dr Ir F.Q. den Hollander. Zowel aan de voor- als aan de achterzijde waren salons voor 14 personen aanwezig, van waaruit men een goed uitzicht over de spoorbaan had. De beide stuurstanden waren achter de salons verhoogd aangebracht, zodat de machinist over het dak van de salon in de verte kon kijken. De twee hierdoor ontstane dakkoepels zorgden als spoedig voor de bijnaam 'Kameel'. Het rijtuig was in twee kleuren blauw geschilderd.

In 1972 was de NS 20 aan een grote revisie toe. Voordat die begon mocht het motorrijtuig nog voor het muziek-TV-programma 'Toppop' in de Toppop-kleuren door Nederland toeren. Onderdeel van de revisie was het huisstijlen van het motorrijtuig, waarbij het geel werd geschilderd. Na de revisie kwam het rijtuig met de naam 'VIP-car' beschikbaar voor gezelschapsritten.

Op 31 januari 1991 reed het rijtuig voor het laatst voor het publiek en op 8 maart werd de laatste rit voor de NS-directie gereden. Begin april reed de NS 20 op eigen kracht naar de Lijnwerkplaats te Zwolle om daar zijn generatoren af te staan en toe te voegen aan de reserve voor de (inmiddels verbouwde en geel geschilderde) Blauwe Engelen. Deze treinstellen kampten in die periode met een tekort aan onderdelen.

De NS 20 was vanaf dat moment niet meer inzetbaar en werd achter DE-loc NS 2205 en vergezeld van de los bijgevoegde dieselmotoren naar het Spoorwegmuseum gebracht en aldaar tentoongesteld.

In 2005 was er weer behoefte aan een inspectievoertuig, waarom werd begonnen de 'Kameel' met een grote herstelling weer rijvaardig te maken. Van de inmiddels afgevoerde Blauwe Engelen waren weer generatoren vrijgekomen, waarvan er twee werden geselecteerd en na revisie weer ingebouwd in de NS 20. De laagspanningsvoorziening en de inrichting van de keuken zijn op enkele punten aangepast voor het hedendaagse gebruik. Het in de oorspronkelijke blauwe kleuren gestoken motorrijtuig reed op 15 maart 2008 weer op eigen kracht naar het museum, waar het dienstvaardig is gestald.

Het motorrijtuig is eigendom van het NS-concern.

(BS 31/5'13)